CEWAC, BIL, BCRC en CENAERO voeren momenteel een collectief onderzoeksproject uit, gesubsidieerd door het Waalse Gewest, i.v.m. het wrijvingsroerlassen van staal. In een eerste fase was het de bedoeling te inventariseren van wat er al bestaat. Het onderzoek richt zich nu op het ontwikkelen van gereedschap, hetzij op basis van vrij in de handel verkrijgbaar materiaal, hetzij uit zelfgeproduceerd materiaal. Er wordt vooral gezocht naar manieren om de slijtage van het gereedschap te verminderen.
Geen lasproces kent zo veel verschillende varianten als het MIG/MAG-lassen. In het kader van het Vlaamse project INNOLAS zijn lastoestellen van verschillende fabrikanten getest. Daaruit kwamen enkele interessante tendensen naar voren.
De laatste jaren kwamen er nieuwe processen op de markt die heel wat potentieel bieden voor het verbinden van ongelijksoortige materialen. Dit artikel heeft als doelstelling een overzicht te geven van een aantal van deze processen. Hopelijk biedt dit u stof tot nadenken voor innovatief materiaalgebruik of verdere optimalisatie in de eigen productie. Het BIL volgt deze ontwikkelingen en nieuwe technieken op de voet, zodat het bedrijven kan bijstaan en ondersteunen bij de implementatie ervan.
Op 17 december 2010 werd de EN 1090-1 geharmoniseerd. Dat wil zeggen dat de norm EN 1090-1 in het Official Journal of the European Union erkend werd als geharmoniseerde norm voor de bouwproductenrichtlijn (89/106/EEG). Het einde van de coexistentieperiode was op 1 juli 2012 voorzien, wat inhield dat het vanaf die datum verplicht was om te voldoen aan de EN 1090 voor alle op de markt gebrachte bouwproducten.
Het Belgisch Instituut voor Lastechniek (BIL) bereidt momenteel – samen met Sirris en Flanders Drive – een onderzoeksproject voor rond het structurele verbinden van ongelijksoortige materialen. Hierin zal een vergelijk worden gemaakt tussen lijmen, lassen en mechanische verbindingstechnieken. Het BIL zal hierbij vooral kijken naar heterogene lasverbindingen, maar in het project zal er onder meer ook gefocust worden op metaal-composietverbindingen.
In 2006 besloot de familie Oosterlinck, eigenaar van een fietsframefabriek in West-Vlaanderen, het roer om te gooien. In plaats van het grootschalig produceren van fietsframes voor andere fabrikanten, besloot de familie over te stappen op de kleinschalige productie van complete fietsen. Inmiddels zijn de retrofietsen van ACHILLE een begrip tot ver over de grens.
Het Transtir project is ontstaan uit de wens van een aantal onderzoekscentra in de Grote Regio om samen te werken en zodoende kmo’s in Wallonië, Lotharingen, Saarland, Rijnland-Palts en Luxemburg lastechnologisch te ondersteunen. Het was daarbij de bedoeling de technologie van het wrijvingsroerlassen meer bekendheid te geven en het aantal industriële toepassingen te verhogen via praktisch bruikbare publicaties en handleidingen. Hoewel het FSW proces (Friction Stir Welding of wrijvingsroerlassen) nog relatief jong is, het werd pas ontwikkeld in 1991, kan het sinds geruime tijd rekenen op een sterk groeiende belangstelling. Met name kmo’s zouden van dit lasproces kunnen gebruikmaken, als alternatief voor andere spitstechnologische oplossingen, om een aantal problemen inzake kwaliteit en kosten te vermijden.
In de loop van de voorbije twee jaar werd bij het B.I.L., met Laborelec als partner, een prenormatief onderzoeksproject uitgevoerd rond DMV 304HCu. Het is de bedoeling om dit materiaal op te nemen in de Europese, geharmoniseerde materiaalnorm EN 10216-5, onder de benaming X10CrNiCuNb18-9-3. DMV 304HCu wordt geproduceerd door Salzgitter Mannesmann Stainless Tubes en is de Europese versie van Super 304H, ontwikkeld door Sumitomo, voor toepassing als (her-)oververhitterbuisjes in (ultra-)superkritische steenkoolcentrales. De introductie van austenitische stalen in de ketel impliceert dat er in de stoomketel lasverbindingen tussen DMV 304HCu en 9% Cr-stalen gerealiseerd zullen worden die een warmtebehandeling na het lassen vereisen. In dit artikel wordt de invloed van deze warmtebehandeling nagegaan op DMV 304HCu.
Tijdens dit project worden eigenschappen van clinchverbindingen onderzocht en daarbij wordt telkens de vergelijking gemaakt met het puntlassen. Er werd een website gemaakt (www.clinching.net) die een overzicht geeft van de verschillende fabrikanten en helpt bij de keuze van de tools en de parameters voor het clinchen. Enkele bevindingen uit het onderzoek worden toegelicht in dit artikel.
Het wrijvingsroerlassen (FSW, Friction Stir Welding) is een nieuw proces dat over het algemeen wordt gebruikt voor het maken van kwaliteitslassen tussen materialen met een lage smelttemperatuur, zoals aluminium, magnesium en koper. Dit proces is langzamerhand beter bekend bij de bedrijven, vooral door de promotieactiviteiten van de onderzoekscentra CEWAC en BIL. De toepassing voor het lassen van staal heeft een groot potentieel in België. Dit proces is ook interessant voor het lassen van speciale stalen, wat vaak zeer moeilijk is, maar die wel meer en meer gebruikt worden.