Bij het lassen van roestvast staal kunnen nogal wat problemen optreden tijdens of na het lassen. De verschillende onderwerpen die hierna zullen besproken worden, toegepast op roestvaste stalen, zijn de diverse vormen van plaatselijk versnelde corrosie als gevolg van het lassen, en de scheurvorming en verbrossing die veroorzaakt kunnen worden door het lassen.
Onder corrosie verstaan we het ongewenst verdwijnen van materiaal onder invloed van chemische of elektrochemische processen. Rvs is onder bepaalde omstandigheden gevoelig voor corrosie, vandaar dat de –tot op heden nog vaak gebruikte– benaming 'roestvrij' staal misleidend is. Toch is de corrosieweerstand van rvs, in soms bijzonder agressieve, oxiderende milieus, zeer groot. Zonder het bestaan van rvs zou er, wegens de hoge kost van evenwaardige alternatieven, praktisch geen chemische industrie zijn! De grote verscheidenheid aan types wijst er echter al op dat de corrosievastheid geen algemene, maar een specifieke eigenschap is. Dat wil zeggen dat de corrosievastheid voor een bepaald type slechts onder bepaalde omstandigheden geldt. Corrosie is overigens een verzamelnaam voor een aantal verschijnselen, die hierna afzonderlijk behandeld worden.
Dit project op supermartensitische roestvaste stalen is een verderzetting van de onderzoeken verwezenlijkt in de vorige biënnales betreffende de ontwikkeling van recente, lasbare 13Cr stalen. Deze economisch aantrekkelijke staalsoorten bieden naast hun redelijke corrosiebestendigheid ook een hoge sterkte en een afdoende taaiheid. Precies daarom kunnen dergelijke stalen ingezet worden voor de productie van pijpleidingen (flowlines) voor transport van olie of gas met een beperkt corrosief karakter.