Friction stir lassen is vooral geschikt voor het verbinden van materialen met een laag smeltpunt (aluminium, messing, koper,... ). Men spreekt van micro-FSW wanneer de dikte minder wordt dan 2 mm.
Soldamatic is een lassimulator als leermiddel van de toekomst. Virtual reality en augmented reality bieden ongekende mogelijkheden om realistisch te lassen met een simulator, het zogenaamde virtuele lassen, en dit gebruik makend van state-of-the-art technologie. De Soldamatic simulator is uitgerust met de lasprocessen halfautomaat, beklede elektrode en TIG. Hij beschikt over het meest realistische voorpaneel vergelijkbaar met echte lasstroombronnen, een echt lasmasker uitgerust met camera’s van hoge resolutie voor optimale grafische voorstelling, echte lastoortsen en een gebruiksvriendelijke software-interface inclusief analyse module om achteraf het lasresultaat objectief te beoordelen.
Het BIL beschikt over een dergelijke Soldamatic lassimulator voorzien van een halfautomaat. Te huur voor BIL leden.
Magnetisch pulsvormen, opkrimpen en lassen zijn gebaseerd op het gebruik van elektromagnetische krachten om werkstukken te vervormen of te lassen. Deze elektromagnetische vervorm- en lastechnieken vertonen opmerkelijke voordelen ten opzichte van de conventionele lasprocessen. De mogelijkheden van de technologie worden geïllustreerd met een aantal toepassingen.
Magnetisch puls lassen is een nieuwe, zeer innovatieve doch vrijwel onbekende lastechniek. Dit procedé is gebaseerd op het gebruik van elektromagnetische krachten om werkstukken te vervormen en te lassen. Een spoel wordt over de te lassen werkstukken geplaatst. Tijdens de lascyclus wordt een zeer grote hoeveelheid elektrische energie vrijgegeven in een zeer korte tijd. De hoge energiestroom loopt door de spoel, en deze stroomontlading induceert wervelstromen in het uitwendige werkstuk. Beide stromen induceren een magnetisch veld, die elkaar tegenwerken. De afstoting tussen beide magneetvelden ontwikkelt een kracht, die het uitwendige werkstuk met grote snelheid verplaatst in de richting van het inwendige werkstuk. Dit resulteert in blijvende vervorming en een lasverbinding, zonder terugveren van het werkstuk. Geen beschermgassen, toevoegmaterialen of andere hulpmaterialen zijn nodig. Het magnetic puls lasproces is een "koud" lasproces, de materialen worden niet warmer dan 30°C. Hierdoor wordt er geen warmte-beïnvloede zone gecreëerd, en verliest het materiaal zijn eigenschappen niet.
De focus in MECHJOIN ligt op de toepassing van twee van de meest belangrijke mechanische en dus “koude” verbindingstechnieken (clinchen en zelf-ponsend rivetteren) voor hoogsterkte lichtgewicht materialen. Het belangrijkste probleem in dit verband is dat deze materialen een beperkte ductiliteit bezitten, terwijl deze processen plaatselijk zeer grote plastische rekken veroorzaken. Derhalve gaat het verbinden van deze materialen gewoonlijk gepaard met scheuren die geïntroduceerd worden tijdens het verbindingsproces.
Het MetalMorphosis onderzoeksproject beoogt het ontwikkelen van innovatieve verbindingstechnieken via de elektromagnetische puls technologie. Hiermee kan een reeks nieuwe hybride metaal-composiet componenten geproduceerd worden, die inspeelt op de huidige trend naar lichtgewicht materialen in de automobiel industrie. Demonstratiestukken die tijdens het project ontwikkeld worden zijn een hybride metaal-composiet rempedaal en schokdemper.
Het project CASSTIR (dat eind 2006 werd opgestart), gesubsidieerd door het Federaal Wetenschapsbeleid, betreft een samenwerking tussen het BIL, UCL, CEWAC en UGent. Het project was erop gericht om in België het gebruik van de innovatieve FSW techniek toegepast op aluminiumlegeringen te stimuleren, alsook om diepgaande kennis te ontwikkelen door een gedetailleerde studie van de eigenschappen van friction stir gelaste verbindingen.
In het Europese Cornet-project 'InnoJoin' werd het thermisch verbinden van ongelijksoortige plaatmaterialen bestudeerd. Recent zijn er ontwikkelingen gebeurd voor een aantal lasprocessen, die het mogelijk maken om ongelijksoortige metaalcombinaties te lassen. Dit project omvatte een brede waaier van lastechnologieën, aangeleverd door het consortium Belgisch Instituut voor Lastechniek (BIL, België), KU Leuven – De Nayer (KUL, België), Centre d’Etudes Wallon d’Assemblage et du Contrôle des Matériaux (CEWAC, België), Schweißtechnische Lehr- und Versuchsanstalt (SLV Hälle, Duitsland) en Laboratorium für Werkstoff- und Fügetechnik (LWF, Universiteit Paderborn, Duitsland), evenals een brede waaier van materialen, zodat er innovatieve oplossingen voor industriële toepassingen verwacht werden. De partners hadden ook hun specifieke kennis en ervaring aangewend betreffende destructieve en niet-destructieve beproevingsmethoden, voor het genereren van vergelijkbare, relevante en correcte resultaten.
Recent is er een innovatieve puntlastechniek op de markt verschenen, nl. het wrijvingspuntlassen, waarbij de verbinding tot stand gebracht wordt via wrijvingswarmte. Deze lastechniek is uitermate geschikt voor het lassen van aluminium, en biedt een oplossing voor de moeilijkheden waarmee het weerstandpuntlassen van deze materialen kampt, zoals de elektrodeslijtage en standtijd.